Netvliesveroudering
Wat is maculadegeneratie (MD)?
MD is leeftijdgebonden en een aandoening die optreedt wanneer de cellen in de macula aftakelen. Dat wil zeggen dat ze beschadigd raken en afsterven. Schade aan de macula tast het centrale zien aan dat nodig is om te lezen, auto te rijden, gezichten te herkennen, etc. Er zijn twee soorten MD – ‘droge’ en ‘natte’ – die we hieronder beschrijven.
Wie krijgt MD?
MD is de meest voorkomende vorm van maculadegeneratie en ontwikkelt zich bij oudere mensen. Daarom wordt het ook wel leeftijdsgebonden MD genoemd. (Er zijn andere zeldzamere vormen van maculadegeneratie die bij jongere mensen voorkomen – die worden hier verder niet besproken). Het kan iedereen overkomen. Het voorkomen wordt geschat op 1.1 per 1000 mensen in Nederland. Naarmate mensen ouder worden – gemiddeld vanaf het 55e jaar - , komt het vaker voor. Als MD zich in je ene oog ontwikkelt, is de kans groot dat ook het andere oog aan de beurt komt.
Ongeveer 1% van de mensen tussen 65-75 en ongeveer 1 op de 8 mensen ouder dan 85 jaar heeft een dusdanige last van MD dat het hun gezichtsvermogen ernstig aantast. Vanaf 75 jaar zijn ongeveer 2x zoveel vrouwen getroffen dan mannen.
De twee soorten MD
Droge MD
Dit is de meest voorkomende vorm, die in 90% van de gevallen voorkomt. Bij deze vorm worden de cellen in het retina pigmentepitheel geleidelijk dunner en degenereren ze. Deze laag cellen is van cruciaal belang voor het functioneren van de staafjes en kegeltjes, die eveneens degenereren en afsterven. Droge MD is in de regel een zeer geleidelijk proces waarbij het aantal aangetaste cellen langzaamaan groeit. Het duurt in de meeste gevallen jaren voordat het gezichtsvermogen ernstig wordt belemmerd. Veel mensen met deze vorm van MD blijven in staat om te lezen.
Natte MD
Dit komt in één op de 10 gevallen voor. Het zorgt echter veel sneller voor een merkbaar verlies van gezichtsvermogen – soms al binnen een paar maanden. Bij dit type MD ontstaan er tevens nieuwe bloedvaatjes uit de bestaande vaatjes in de choroïdea. (Dit staat bekend als ‘choroïdale neovascularisatie’). De nieuwe vaatjes breken door de membraan van Bruch heen en dringen het maculadeel van de retina binnen. Deze bloedvaatjes zijn niet ‘normaal’. Ze zijn fragiel en hebben de neiging bloed en vloeistof te lekken. Dit kan de staafjes en kegeltjes beschadigen en littekens op de macula veroorzaken.
Wat is de oorzaak van MD?
Bij mensen met MD functioneren de cellen van het retina pigmentepitheel minder goed naarmate zij ouder worden. Er komen geleidelijk aan minder voedingsstoffen bij de staafjes en kegeltjes terecht, terwijl afvalstoffen minder effectief worden afgevoerd. Als gevolg daarvan ontwikkelen zich kleine abnormale ophopingen (de zogenaamde ‘drusen’) onder de retina. Na verloop van tijd degenereren de retina pigmentcellen en hun naburige staafjes en kegeltjes, waarna ze ophouden te functioneren en afsterven. Dit proces vindt plaats bij ‘droge’ MD.
In sommige gevallen zorgt iets er tevens voor dat nieuwe bloedvaatjes ontstaan uit de choroïdea die zo de ‘natte’ vorm van MD veroorzaken. Het is onduidelijk wat hiervan de precieze oorzaak is. Het kan zijn dat afvalstoffen die niet worden afgevoerd ervoor zorgen dat nieuwe vaatjes ontstaan in een poging de afvalstoffen alsnog te verwijderen.
De exacte reden waarom cellen van het retina pigmentepitheel ophouden naar behoren te functioneren is niet bekend. Er zijn bepaalde ‘risicofactoren’ die het risico op MD vergroten, waaronder:
- Roken
- Mogelijk hoge bloeddruk (wetenschappelijk nog onvoldoende aangetoond)
- Gevallen van MD in de familie (MD is niet een eenduidige erfelijke aandoening, hoewel de kans op MD groter is als familieleden er ook last van hebben.)
Wat zijn de symptomen van MD?
- Het belangrijkste vroege symptoom is wanneer het centrale zien wazig wordt ondanks het dragen van een voorgeschreven bril. In de vroege stadia van de aandoening kan het zijn dat:
- Je een helderder licht nodig hebt om te lezen.
- Woorden in een boek of krant wazig worden.
- Kleuren minder helder lijken.
- Je moeite hebt gezichten te herkennen.
- Een vroeg symptoom dat met name bij natte MD optreedt is visuele vervorming. Vaak lijken rechte lijnen krom of golvend. (Bijvoorbeeld de lijnen in een grafiek of de voegen tussen de badkamertegels, etc.)
- Er ontwikkelt zich dan een ‘blinde vlek’ in het midden van je blikveld. Na verloop van tijd wordt deze blinde vlek groter als meer en meer staafjes en kegeltjes worden aangetast.
MD is pijnloos. In de regel duurt het 5 tot 10 jaar voordat de symptomen van de MD ernstig worden. De ontwikkeling van natte MD gaat echter veel sneller. Het is daarom belangrijk snel een arts te raadplegen als je gezichtsvermogen minder wordt om eventueel behandeling mogelijk te maken. Het perifere gezichtsvermogen wordt niet aangetast door MD en de ziekte veroorzaakt dus geen volledige blindheid.
NB: als slechts één oog is aangetast, kan het zijn dat het verminderde gezichtsvermogen door het goed oog wordt gecompenseerd. Als beide ogen zijn aangetast, is de kans groter dat de symptomen worden opgemerkt. Het is daarom van belang voor oudere mensen om hun ogen regelmatig te laten controleren zodat beide ogen op MD worden nagekeken (en om eventueel andere oogaandoeningen – zoals glaucoom – op te sporen.)
Hoe wordt MD vastgesteld?
- Als je symptomen ontwikkelt die aan MD doen denken, zal je arts of optometrist je naar een specialist (oogarts) doorverwijzen. Die specialist kan je vragen naar een speciaal papier te kijken met horizontale en verticale lijnen. Als je een deel van de lijnen niet ziet of als er lijnen vervormd zijn dan is het goed mogelijk dat MD daarvan de oorzaak is. De oogarts zal met een oogspiegel de achterkant van de binnenkant van je oog bekijken (retina met macula). Er zijn veranderingen die samenhangen met natte en droge MD die vaak kunnen worden vastgesteld.
- Als er natte MD wordt vastgesteld of vermoed, dan kan er een ander onderzoek worden uitgevoerd, de zogenaamde fluorescentie angiografie, waarbij een contrastvloeistof via een armvene (ader in je arm) wordt toegediend. Hierna kan de specialist met een oogspiegel (soort vergrootglas) in je ogen kijken en foto’s kan maken met een speciale camera waarmee gezien kan worden waar de contrastvloeistof in de macula lekt via de abnormale bloedvaatjes. Deze test geeft inzicht in de omvang en ernst van de aandoening.
- Een ander onderzoek – de zogenaamde oculaire coherentie tomografie– wordt meer en meer toegepast. Het is een onderzoek waarbij geen vloeistof hoeft te worden ingebracht en waarbij speciale lichtstralen worden gebruikt om de retina de ‘scannen’. Dit onderzoek verstrekt gedetailleerde informatie over de macula en laat zien of de macula opgezet of abnormaal is. Het onderzoek is nuttig als niet duidelijk is of het gaat om natte of droge MD. Het kan ook worden gebruikt om de resultaten van een eventuele behandeling te beoordelen.
Bestaat er een behandeling voor MD?
- Voor de gangbare droge MD bestaat geen behandeling (behalve het innemen van dieetsupplementen – zie verderop). Vergeet echter niet dat dit type MD pas na 5 tot 10 jaar leidt tot een serieus verlies van gezichtsvermogen.
- Voor de minder gangbare natter MD kan behandeling er in sommige gevallen voor zorgen dat het verlies van gezichtsvermogen wordt afgeremd of stopgezet. Sommige nieuwe behandelingen zouden er zelfs voor kunnen zorgen dat een deel van het kwijtgeraakte gezichtsvermogen wordt hersteld. Tot de mogelijke behandelingen behoren o.a. fotodynamische therapie, behandeling met geneesmiddelen en laser foto-coagulatie.
Fotodynamische therapie
Dit is een techniek die aan het eind van de jaren negentig werd ontwikkeld. Een medicijn genaamd verteporfin wordt in de ader van de arm ingespoten. De verteprofine (Visudyn) bindt zich binnen een paar minuten aan eiwitten in de pasgevormde bloedvaatjes in de macula. Daarna wordt er gedurende een minuut met licht van een bepaalde golflengte in het oog geschenen. Verteprofine is een lichtgevoelige stof, wat inhoudt dat het licht ervoor zorgt dat het verteprofine in de vaatjes wordt ‘geactiveerd’ en ervoor zorgt dat de abnormale bloedvaatjes worden vernietigd (zonder dat omliggen weefsel wordt aangetast).
Deze behandeling is maar in sommige gevallen bruikbaar. Het hangt ervan af waar de nieuwe vaatjes zijn ontstaan en wat hun omvang is. Het werkt niet in alle gevallen, hoewel het slagingspercentage hoog is. Succes betekent hier dat het gezichtsvermogen niet verder achteruit gaat – het verloren gezichtsvermogen wordt er niet door hersteld. In de regel moet de behandeling om de paar maand worden herhaald om de voortgaande vorming van nieuwe vaatjes te onderdrukken.
Medicijnen die maculadegeneratie kunnen behandelen
De laatste jaren is er een groep zogenaamde anti-VEGF medicijnen ontwikkelt, waarbij VEGF staat voor ‘Vasculaire Endotheliale Groei Factor’. Het betreft een stof die betrokken is bij de vorming van nieuwe bloedvaatjes in de macula bij mensen met natte MD. Door de werking van deze stof tegen te gaan is het mogelijk de vorming van abnormale vaatjes die ontstaan bij natte MD tegen te gaan.
Tot de anti-VEGF-medicijnen behoren ranibizumab (merknaam, Lucentis), pegaptanib (Macugen) en bevacizumab (Avastin). Andere medicijnen zijn in ontwikkeling. Deze medicijnen worden rechtstreeks in het glasachtig lichaam van het oog gespoten met een zeer dunne naald, waarbij er iedere week een aantal injecties nodig zijn om het effect in stand te houden. Deze soort medicijnen vormen een zeer interessante ontwikkeling in de behandeling van MD, aangezien ze redelijk effectief zijn bij alle vormen van natte MD. Zo is er bijvoorbeeld een onderzoek onder 716 mensen die werden behandeld met ranibizumab (gepubliceerd in het New England Journal of Medicine in oktober 2006) waaruit blijkt dat de behandeling in 90% van de mensen het verlies van gezichtsvermogen vertraagde en het gezichtsvermogen in ongeveer 1 op de 3 verbeterde.
De belangrijkste doelstelling van behandeling met anti-VEGF is dus ervoor te zorgen dat natte MD niet erger wordt. Het lijkt er echter op dat de medicijnen er in sommige gevallen zelfs in slagen verloren gezichtsvermogen te herstellen.
Het ziet er naar uit dat dit soort medicijnen meer en meer gaat worden toegepast.
Laser-fotocoagulatie
Dit is een techniek waarbij een dunne laserstraal wordt ‘afgevuurd’ op de kleine bloedvaatjes die zich vormen. De vaatjes worden vernietigd, wat ervoor zorgt dat de conditie niet verslechtert.
Deze behandeling is echter slechts geschikt in een klein aantal gevallen. Die geschiktheid hangt mede af van waar de nieuwe vaatjes precies ontstaan, aangezien de laserstraal ook omliggend weefsel kan vernietigen.
Andere behandelmethodes
Behandeling zoals radiotherapie, andere medicijnen en operatief ingrijpen worden momenteel onderzocht. Zo bestaat er mogelijk een soort operatie waarbij een deel van de perifere retina wordt getransplanteerd naar het aangetaste gebied in de macula. De waarde van deze nieuwe behandeling kan nog niet worden vastgesteld. De behandeling van maculadegeneratie is een gebied waarop intensief onderzoek wordt gedaan en het is goed mogelijk dat er in de toekomst betere behandeling beschikbaar komen.
Dieet, voedingssupplementen en MD
Een onlangs uitgevoerd groot onderzoek dat tot doel had aan te tonen in hoeverre dieet en voedingssupplementen een rol kunnen spelen in de behandeling van MD heeft aangetoond dat in sommige gevallen hoge doseringen van voedingssupplementen die vitaminen A, C, E, beta-caroteen en de mineralen zink en koper bevatten kunnen helpen de ontwikkeling van MD te vertragen.
Het onderzoek suggereert dat mensen die een hoog risico lopen om een vergevorderde versie van deze aandoening te krijgen er goed aan doen deze voedingssupplement in te nemen. Tot mensen dat hoge risico lopen behoren mensen met:
- een matig ontwikkeld MD in één of beide ogen (om ervoor te zorgen dat de aandoening niet erger wordt), OF
- vergevorderde MD in één oog, maar niet in het andere oog (om ervoor te zorgen dat het goede oog niet verslechtert).
Je arts of specialist kan je vertellen welke supplementen het beste zijn. Dit heeft te maken met het feit dat niet alle supplementen die op de markt verkrijgbaar zijn de juiste dosering bevatten. Bovendien kunnen hoge doseringen bij sommige mensen wellicht tot bijwerkingen leiden. Zo is aangetoond dat beta-caroteen de kans op longkanker bij rokers vergroot, terwijl vitamine E de kans op hartfalen vergroot bij mensen met vasculaire aandoeningen of suikerziekte. Zink vergoot de kans op blaas- en nierproblemen. (Het is dus waarschijnlijk dat deze supplementen niet geschikt zijn voor rokers en ex-rokers, vanwege de verhoogde kans op longkanker).
Om kort te gaan: voor je besluit een hoge dosering vitaminen en mineralen te slikken, doe je er verstandig aan eerst je arts te raadplegen om er zeker van de zijn dat dit voor jou de goede aanpak is.
De rol van dieet en voedingssupplementen wordt nog steeds onderzocht.
Praktische hulp
Als je gezichtsvermogen verslechtert, is de kans groot dat je naar een specialistische kliniek wordt doorverwezen. Het personeel kan je praktische hulp en tips geven over het omgaan met deze aandoening, bijvoorbeeld met betrekking tot:
- Vergrootlenzen, boeken met grote letters en heldere lampen die je bij het lezen kunnen helpen.
- Handige zaken zoals sprekende horloges en keukenapparatuur die handig kunnen zijn als je gezichtsvermogen minder wordt.
De encyclopedie is met zorg samengesteld en wordt continu bijgewerkt door artsen verbonden aan Patiënt1.
Sites
Med1Pas
Medische gegevens op 1 pas
Zwangerwereld.nl
Jouw zwangerschap, jouw wereld
Huidhuis.nl
Alles over de huid